Raconteur

Hoera, driewerf hoera. Gent heeft zijn eerste raconteur beet. Als een afspiegeling van het schepencollege uiteraard een West-Vlaming. Geluwe, de heimat van de kersverse stadsraconteur, ligt op  een kleine elf kilometer fietsen van Moorslede en een flinke veertien kilometer van Aalbeke, de respectievelijke geboorteplaatsen van onze groene schepenen van mobiliteit en onderwijs. Toeval? Een perfide trekje  van West-Vlaamse identitaire politiek? Misschien een beetje vergezocht maar waarom zouden ze het risico nemen met een echte Gentenaar, die wel eens zou kunnen zeggen waar het écht om gaat.  West-Vlamingen ondereen zien het duidelijk hans anders. Wedden dat Gent  volgend jaar de award wint van de beste stadsraconteur van West-Europa, in een wedstrijd die ze hoogstwaarschijnlijk samen met Eurocities, het paradepaardje van onze ex-burgemeester, zelf in elkaar gaan flansen…

Bon, Wouter Deprez heeft het al aangegeven: de Gentenaar zal voor hem amper iets moet betalen. Zijn kosten zijn dan ook nauwelijks gedekt, den duts. We mogen dus budgetair  gerust zijn, tenzij de bende van de Botermarkt nu nog het lumineus idee krijgt om een stadsblageur te installeren, zo ene die zegt dat hij altijd fier op Gent is of dat we hier de beste potgrond hebben. Of een farceur, die de Bufallosupporters wijs maakt dat KAA Gent altijd van de Gentenaars zal blijven. Of een arrangeur, maar die hadden ze al, met de Ghelamco-arena. Een tricheur is ook een mogelijkheid, iemand die creatief kan omgaan met onder andere bar- en hotelrekeningen uit Bangkok.

Coureurs en triporteurs hebben we hier meer dan genoeg en een Piqueur hebben we ook al gehad. En iedereen weet hoe het met deze laatste is afgelopen.

Twaalf jaar.

Twaalf jaar is de tijd die de Verenigde Naties ons in 2018 gaf om iets te doen aan het klimaat, daarna waren we reddeloos verloren. Er zijn er natuurlijk die er brood in zien, zoals De Gheldere en Colruyt, en bedrijven oprichten om andere bedrijven de kop zot te maken. Angst verkoopt goed. En subsidies zijn het beste smeermiddel naar snel gewin.  Het is voor de nieuwe klimaat-ondernemers natuurlijk hun goed recht, we leven, voorlopig nog, in een vrije kapitalistische  markt.

Maar … wat als er niets of niet genoeg gebeurt, wat staat er ons dan te wachten in 2030? Hel en verdoemenis, de apocalyps, een Mayaans einde van de wereld? Zullen megastormen onze windmolens omleggen en onze zonnepanelen als herfstbladeren wegblazen? Wordt het hier zo warm en zo nat als in Bangladesh? Vervelend, dat wel, maar daar leven ze reeds eeuwen zo, al is het daar altijd van  Inch Allah. Maar wij zijn hier niet meer zo tuk op goden die van onze wereld een hel maken en ons in ruil de hemel beloven. Wij werken liever zelf aan onze hemel.

Volgens Extinction Rebellion is het allemaal nog veel erger. Sommige betogers, voor zover ze vrijuit mogen spreken van hun politiek secretarissen, houden het op drie maanden. Mogelijk, maar zolang ze zich alleen maar vastkleven aan Londense metrostellen en niet aan tanks op het Tienanmenplein in Beijing, zal ik hun acties toch met enig argwaan bekijken. Of zoals mijn bejaarde vader zo vaak tijdens de Koude Oorlog zei: “Zolang er geen mensen het IJzeren Gordijn oversteken van West naar Oost, geloof ik niet in het communistisch arbeidersparadijs”.

Maar soit, stel dat Klimaatzaak het pleit wél wint? Trekt de Noordzee zich dan terug? Kunnen we met de gesubsidieerde fiets op vakantie naar Doggerland? Komt de poolkap terug tot de lijn Stavanger – Norköpping? Is alle miserie en corruptie uit Afrika weg en kan Artsen zonder Grenzen zijn mediterrane veerdienst opdoeken? Heeft IS geen reden van bestaan meer omdat de Vruchtbare Sikkel van Syrië tot Iran weer voedsel en rijkdom brengt voor iedereen en een god overbodig maakt?

Nu ja, ik leerde als puber met enige verbazing ook over De Club van Rome en hun voorspellingen, over global cooling en de grenzen van de groei. Ik was even verbaasd over de global warming van Al Gore en zijn Hollywood-acolieten met hun grote carbonfootprint. En nu de Verenigde Naties aan zet zijn, ben ik nog meer verbaasd, zeg maar perplex. Zeker wanneer ik gisteren in De Standaard las dat ze Maduro en zijn regime opgenomen hebben in de VN-mensenrechtenraad.

We zien wel, over twaalf jaar. Allez, elf ondertussen.

Voor tuin en groenland

Je zal het geweten hebben als toekomstige eigenaar van een rijhuis met een voortuintje.  Als uw bolide al niet gebanbliksemd is door de groene fatwa van de LEZ, zal het deze keer met een eco-zwaard van uw “hoveken” naar de straat verbannen worden. Aldus hoopt de groene Khmer dat de stedeling afscheid neemt van zijn laatste stukje vrijheid, het autootje waarmee opa en oma met de kleinkinderen naar Blankenberge of het provinciaal domein van Puyenbroeck kunnen, of op zaterdagmiddag naar de Colruyt.

Fietsen mogen gerust de groene mini-oase aan uw voorgevel sieren, net zoals de bosjes fietsen de voorgevels in de binnenstad, of mag ik poneren “ontsieren”? Groen met een fiets op is blijkbaar niet hetzelfde als groen met een auto op.

Het lijkt meer en meer op een kruistocht, excusez moi le mot, tegen de automobilist. Een heilige oorlog voor tuin en groenland.

De iets oudere fietser

Je kent ze wel, de grijzende mannen van een zekere leeftijd, die enkele jaren geleden al lang op prépensioen zouden geweest zijn maar nu, dik tegen hun zin, langer moeten werken. Uit frustratie én onder massieve peer pressure   van de klimaatbewuste buren (mét een Klimaatstraat-kartonnetje achter het raam) kochten ze dan maar een fiets. Vaak een elektrische, want het kon er af. De gulle subsidies van het stadsbestuur  lieten het toe.  Meestal bengelt er dan een schlemielig plaatje onder hun kont, met de bond-zonder-naam-achtige tekst “weer een auto minder”. De heren zijn ook  steeds uitgedost met de best zittende fashionable wielrennersbroek van een exclusief en duur sportmerk, aan huis geleverd door een onderbetaalde Letse koerier voor Ali Express.

De kinderen zijn de deur uit en mevrouw gaat part-time werken voor Unia. De Clio van madame is verkocht, vandaar die subsidies. Ze rijdt nu, indien nodig, met één van die Cambio-autootjes rond, want Gent is tóch wat we delen. De goed verzorgde en gebio-polishte Volvo 850 van meneer staat wél nog in de garage,  weliswaar uitgesloten van de LEZ wegens te vervuilend maar wachtend op de volgende roadtrip naar Kroatië, inclusief bezoek aan Rijeka, culturele hoofdstad van Europa in 2020. Er is nu merkelijk meer plaats om de speedelec van meneer aan het groenestroom-gegarandeerde Ecopower*-net te koppelen.

Die iets oudere fietser dus.

Ik kan me best voorstellen dat meneer 35, 40 jaar geleden helemaal geen fervente fietser was, maar met het afgedankte R-5’ke van mama aan de universiteit kunstgeschiedenis ging studeren. Een  róód R-5’ke, kwestie van een statement te maken en er  mee naar de anti-rakettenbetoging of de neen-aan-de-tienduizend marsen te trekken. In het weekend leende hij steevast de Mercedes Coupé van papa, zijn private versierbak, om indruk te maken op de chicks van Pol & Soc. Wat ook gelukt is, te zien aan zijn echtgenote.

Wel die fietser had toen ook een lak aan regels en wetten, was lekker opstandig, klom over de hekkens van Kleine Brogel, spoot revolutionaire graffiti op de muren van de Ledeganck en fulmineerde tegen al wat kerk en katholiek was. Snelheidscontroles hadden geen vat op hem, papa betaalde de boetes toch. Rood licht om halftwee  ’s nachts, enkel de watjes stoppen ervoor. Joints, laat maar komen. En #Metoo bestond nog niet. Die fietsers waren jong in de late seventies, en ze deden maar wat.

Maar nu, op leeftijd,  is de iets oudere fietser geëmancipeerd, cultureel- én   milieubewust, feminist, wereldburger, en donateur aan menig NGO,  en tóch weer lid geworden van een kerk, die van het Ecologisme. Vandaar de elektrische fiets. Maar aan regels heeft hij nog steeds een broertje dood. Op het voetpad rijden, door de rode lichten scheuren, vermaledijde automobilisten couperen, en om 14u25 door de Koestraat sjezen.  Liefst met een gigantische hoofdtelefoon op, als het even kan een Beats by Dr. Dre, ook geleverd met dezelfde vervuilende dieselcamionette van die wielerbroek. Op coolness staat geen prijs, op de kennis van de verkeersregels ook niet.

 

* Tip van Greenpeace

Liquidatieplan

Er blijkt weer een slachtoffer te zijn gevallen door het circulatieplan. De ietwat rommelige, doch gezellige en naar zeep en ander chemisch spul ruikende drogisterij in de Belfortstraat verdwijnt. “Het internet, meneer, en ja, ook het circulatieplan” Waar hebben we dat nog gehoord? Een fiere winkelier die de klanten nog in zijn hart draagt omdat hij ooit iemand een plezier heeft kunnen doen met één of ander sponsje, zo vind je er nog zelden. Jammer dat die aankondiging van de sluiting één dag ná de Dag van de Klant kwam. Het artikel kwam online om 3 uur ’s nachts, voldoende tijd, meer bepaald 6 uren na de hoeraberichtgeving van Sofie Bracke over haar 82.000 klanten die naar het Gentse centrum kwamen. Dat kan geen toeval zijn. De vierde macht in handen van de Botermarkt? Je zou het haast geloven.

Och ja, zullen ze gedacht hebben in het stadhuis, zo’n anachronistische troep kunnen we best missen, zo vlak bij in onze straat. Misschien hebben ze daar liever een fancy bar, met exotische doch eerlijke cocktails. En faitrade koffie, ja, dat ook. En zonder melk! Want “melk is dodelijk”, stond er op de tram.  Het is niet ver van het stadhuis, altijd leuk om met gelijkgestemden gezellige blauw-groene onderonsjes te plannen. Oranje en rood spreken liever af in de volkshuizen of bij ontstentenis in de parochiezalen,  dicht bij het gewone volk. Maar zij hebben dan ook iets minder te zeggen.

Bon, weer een kleine zelfstandige geliquideerd. Na jaren trouw BTW-aangifte doen, RSZ-betalen, stock tellen en belastingen afdokken, mogen ze afdruipen. Als het ware door een politiek-correcte aartsengel Michaël met een eco-zwaard de binnenstad uitgejaagd. Dat er weinig begrip is voor de hardwerkende zelfstandige is normaal. Ik vrees dat niemand van zij die de banken van het bestuur vullen er al ooit iemand uit eigen zakken BTW, RSZ, lonen of leveranciers heeft moeten betalen. Als mandataris een handtekening zetten is makkelijk. Er staat wel altijd érgens  geld op een rekening.

Nu ja, ik begrijp dat men liever die liter aceton, tube stopverf of vijfliter bus matte plafondverf laat aanzeulen met bakfietsen. Het is altijd mooie publiciteit als deze met een platbodem tot in het hart van Gent worden aangevoerd. Ecologisch verantwoord, alleen zal de klant die zijn aceton, stopverf of latex ontvangt nooit de meerprijs voor dergelijke transport willen betalen. Wie dan wel? Ook de lokale leverancier niet, die is al geliquideerd.