Voor Gent?

De kogel is door de kerk, de zittende burgemeester heeft zijn reddingsboei gevonden en zijn persoonlijke toekomst veilig gesteld. De paarse samenwerking wordt vanonder het stof gehaald. De liberalen klikken zich opnieuw vast aan de socialisten. Misschien rekent Mathias De Clercq meer op de populariteit van Conner Rousseau, want zijn eigen vermeende populariteit bij de échte Gentenaars is zeker geen garantie om de sjerp nog eens zes jaar te kunnen dragen.

Met Paars komt rekenwonder Freya Van den Bossche vanonder het stof gekropen, weliswaar op de vierde plaats. Ná de schepen van sport Sofie Bracke. ‘Schepen van sport’ is wel een serieuze degradatie door Sander Luyten, journalist bij De Gentenaar. Blijkbaar zijn handel, economie en zeehaven verwaarloosbare details in Gent. Hieruit mag blijken waarop de focus zal  liggen. Het pak macht en budget dat de socialisten zullen opeisen, doen het ergste vrezen. Eén miljard schulden zal  lang niet genoeg zijn. Maar liever de socialisten dan de groenen, zal Mathias gedacht hebben. Daar kunnen we zaken mee doen, al dan niet duistere. Voor Gent of Tegen Groen?

Dus geen groene waanzin meer, geen ideologische koppigheid maar een brok Gentse realpolitik.  Iets wat Jan Modaal en Tseef Klak wel zullen kunnen smaken. Hopelijk zullen de stakkers met hun aftands Golfje of Yariske nu wél gerust gelaten worden en hun karretje wél in hun straat mogen parkeren. En laat de bende van de Botermarkt hun voortuintjes ongemoeid en worden hun straten niet verder ingepalmd door fancy straatmeubilair en een vloot bak- of deelfietsen.

De burgemeester maakt handig gebruik van de nieuwe Vlaamse kieswet alsof die op zijn lijf geschreven is door partijgenoot Bart Somers. Nu maar opletten dat de socialisten van Voor Gent het spelleke van de voorkeurstemmen niet heimelijk zullen gebruiken. Zij hebben hun lesje immers geleerd bij de groene putch van 2018. Anders is Mathiaske weer gesjareld, eerst was dat door coalitiepartner Watteeuw, nu misschien door partijgenote Freya. Tenzij dat zijn masochistisch kantje naar boven komt bij de coalitieonderhandelingen en hij opnieuw kiest voor een samenwerking met Groen. Een ezel stoot zich geen tweemaal aan de zelfde steen, maar ja, dat gaat alleen op voor de ezels. Bij wie zeker geen sprake van masochisme zal zijn, is bij de socialisten. Die zijn de strapatsen van hun spitsbroeders in Team Gent al vijf jaar hartsgrondig beu. Groen voelt de bui hangen en waarschuwt nú al: een sociaal en ecologisch, progressief links beleid zal op de helling komen te staan indien Voor Gent de NVA als coalitiepartner kiest. Die viscerale haat tegenover de Vlaams-Nationalisten blijft maar de kop opsteken. Dat belooft. Maar of de arbeiders van de Volvo, de poetsvrouwen  van Jan Palfijn, de wijkagenten, de buschauffeurs, de cafébazen van de Vlasmarkt of de dames van Familiehulp die kilometers moeten rondrijden om bij hun klanten te komen, zó gelukkig waren met het sociaal en ecologisch, progressief links beleid van Groen, is maar de vraag.

De naam van de nieuwe partij vind ik wel goed gevonden: Voor Gent, weliswaar met een vette knipoog naar Vooruit, maar soit.  Toch zou het eerlijker geweest zijn indien de burgemeester de nieuwe stadspartij een meer passende naam zou gegeven hebben. Iets wat beter past bij zijn persoonlijkheid.  

Ik dacht aan Voor Mij.

Homo Birotans

Beetje bij beetje wordt de auto uit ons stadsbeeld geweerd. Parkeerplaatsen verdwijnen Nacht und Nebel gewijs en parkeertorens verrijzen op amper bereikbare plaatsen. Strenge Europese wetgeving verbiedt vanaf 2035 alle verbrandingsmotoren. Of er voldoende elektriciteit zal zijn, laten de satrapen van het Karel de Grote gebouw koud. Onze toekomst zal groen zijn, ook al kunnen wij ons geen dure elektrische auto veroorloven of vallen onze treinen van ouderdom uit elkaar. Verplaatsingen zullen beperkt worden tot wat we met de fiets kunnen doen.  En wat krijgen wij daarvoor? Fietsstraten, deelsteps, strooifietsen, bewaakte fietsstallingen inclusief fietsdiefstallen, en af en toe gratis vet en lucht van de Fietsambassade.  

Het mag u ondertussen duidelijk geworden zijn, het eco totalitarisme heeft zijn eigen übermensch geschapen, de homo birotans of de fietsende mens (latijn: birota, fiets). Deze zelfbewuste groep is jaren geleden zijn lange mars door de instellingen begonnen. Tal van stadhuizen worden er mee bevolkt en zelfs de blauwe of rode burgemeesters, traditioneel de beschermheren van respectievelijk de SUV-rijdende ondernemers en VW-rijdende arbeiders, vallen voor de groene gedachte, kwestie van politiek te kunnen overleven… denken ze.

De pedalerende übermenschen zorgen ondertussen voor het verderzetten van hun bijna mystieke ideologie door hun kinderen te indoctrineren over hun grote carbonvrije en genderfluïde toekomst. De eerste leesboekjes met de politiek correct gezuiverde versies van de Grote Vriendelijke Reus of de Griezels van Roald Dahl liggen al klaar. Na drie jaar borstvoeding worden de vegan burgers deze piepjonge klimaatsoldaten in spé door de strot geduwd. Het Verhaal van Vlaanderen komt op de eco index wegens gesponsord door rechts nationalistische oorlogsstokers, en Tik Tak wordt vervangen door  Tik Tok  met Amerikaanse non-binaire leerkrachten die jonge  kinderen een premature gender twijfel opdringen.

Deze Lebensborn kinderen van de groene religie worden nu massaal gekweekt, onder andere in Gent rond het hippe Coyendanspark en de multiculturele Centrale, of in Brussel in de straten van de Dansaertwijk en in de schaduw van het Dudenpark.  Van jongs af aan worden de telgen van de bakfietsende ouders op weg naar de nabijgelegen Freinetschool vooraan in de fietsbak gezet, als mini-speerpunten in de strijd van Extinction Rebellion tegen de witte wereld van de carnivore en fossiele brandstof verslindende Üntermenschen. Lijm wordt door activistische kleuterjuffen niet meer gebruikt om schattige werkjes voor Moederdag te maken maar om de poezelige peuterhandjes vast te lijmen aan de lijsten van ontaarde kunstwerken en de landingswielen van privéjets.

De vraag is maar of deze homo birotans een duizendjarig rijk kan bouwen op spierkracht en soyamelk. De Neanderthaler was ook maar een tussenstap op weg naar de moderne mens. Er is dus nog hoop.

Gentbrugge

De feestdagen zijn voorbij, de kerstboom is verdwenen, de kerstbollen staan opnieuw in de kelder. En precies in dié kelder vond ik tussen wat oude kranten het pamflet van Team Gent terug met Rudy Coddens en Elke Decruynaere,  breed lachend en met veel zin om “Gent te delen”. We schrijven 2018,  de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen. Zo beloofden ze in de rubriek “mobiliteit” dat élke plek in Gent bereikbaar moet zijn, en in de rubriek “elke Gentenaar telt” braken ze een lans voor sociale mobiliteit voor alle “kwetsbaren”. En in “verbonden stad” beloofden ze de Gentenaars samen te brengen.

Vandaag lees ik dat de brug over de Schelde in Gentbrugge geknipt wordt in het kader van het lokale wijkmobiliteitsplan. Ik begin me af te vragen of  Rudy en Elke de oudere Gentenaars die zich enkel kunnen verplaatsen met hun aftands autootje, wel bij de “kwetsbaren” rekenen. En zijn de Sint Amandsbergenaars en de Gentbruggenaars dan geen Gentenaars?  Want blijkbaar brengt Gent enkel fietsende Gentenaars bijeen. Zelfs het sociaal-ogend openbaar vervoer blijkt te sneuvelen.  Ah ja, hoor ik de roodgroene zeloten al zeggen, De Lijn is Vlaamse bevoegdheid! Maar zijn de Vlaamse minister van mobiliteit en de Gentse burgemeester niet van de zelfde (dwerg)partij. Kan onze Mathias zijn stamboom niet uitspelen in de Melsensstraat om Gentenaars te verbinden? Of zijn de besognes rond de stadslijst nu zijn eerste bekommernis?

Soms is het goed oude verkiezingsfolders te bewaren om te zien welk rad  politici ons permanent voor de ogen draaien. Misschien is het beter de politieke pamfletten van 2018 aandachtig te herlezen vooraleer we ons op deze van 2024 storten. Nu er voor de gemeenteraadsverkiezingen geen stem- noch opkomstplicht meer is, hoopt de bende van de Botermarkt dat de misnoegden, de vergeetachtigen en zij die vinden dat ze niet gehoord werden, niet meer wíllen gaan stemmen, en dat de minder-mobiele, kwetsbare ouderen niet meer kúnnen gaan stemmen.

Misschien rekent de stadslijst van de burgemeester er wel op dat de 16- tot 24- jarigen die voor het eerst mogen stemmen,  massaal vallen voor de wollige, pseudo-Gentse en compleet irrelevante woordenbrij van de lijsttrekker. Wordt de nieuwjaarsreceptie onder de stadshal na twee coronajaren straks een Lula-achtige triomftocht voor de blauwe wauwelaar of wordt het een fluitconcert? Geen paniek, Gentse Bolsonaristas  die de trappen van het stadhuis bestormen, gaan we hier niet zien, vertrekkers des te meer, vooral uit Gentbrugge.

Logo

De hittegolven lijken samen met de wolken weg te vliegen in zuidelijke richting. Voor het eerst heb ik het koud op mijn terrasje. De drukte van de julimaand is voorbij en het zenuwachtig gedoe rond de start van het schooljaar is nog niet begonnen. Ik zie opvallend veel mama’s met verveelde puberzonen en -dochters zakken sleuren met de logo’s van AVA-papierwaren en van de Primark. Dit laatste lijkt toch te bevestigen dat de gasrekeningen beginnen te wegen. En als we de politieke elite horen, zal het nog een tijd duren. Volgens onze premier zullen we nog vijf à tien moeilijke winters meemaken. De ‘drukte’ in de restaurants en de winkels  doet mij vermoeden dat de winter van Alexander al in de late zomer is begonnen.

In september gaat de regering slagvaardig het tij proberen keren. We zetten Poetin droog en rekenen ons rijk. Natuurlijk zijn wij tegen de oorlog, maar of we nu zeker zijn dat er geen bloed kleeft aan het Oekraïense graan is een ander paar mouwen.  Sommige liberale excellenties, aangestoken door het groene virus, hebben al gepleit om de kernuitstap toch te laten doorgaan. Hun optimisme en het geloof in de hernieuwbare energie is zo groot dat ze het er voor over hebben om de bevolking op te zadelen met zes maanden dikketruiendagen, permanente autoloze zondagen en een ticket tot de voedselbank. De federale minister van Energiezaken is de grote afwezige in dit zomerdebat.

Gelukkig heeft Groen zichzelf net op tijd heruitgevonden met een nieuw en  iriserend logo, met de sterke baseline “Groen is meer dan groen”.  Naast het gekende natuurgroen van Agalev herkennen we ook het blauw van de kou en het rood van woede op alles wat maar enigszins ruikt naar Vlaams nationalisme. In het rechterbovenhoekje ontwaar ik zelfs wat geel van nijd. Is dit tegenover de flamboyante Conner Rousseau die realistisch links weer een plaats onder de zon heeft gegeven? Wie weet? Dit weekend vernemen we wat de partijleden zullen uitvinden om die kleurtjes in te vullen. Gaan ze de mensen redden van de energiearmoede door extra windmolens bij te plaatsen, gaan ze geld uitgeven dat er gewoon niet ís, gaan ze hun  LGTBQ-leger in de strijd gooien onder leiding van oberst Jenna? De uniformpjes zijn al gekend, de zomeruniformpjes althans.  

Nieuwe logo’s zijn niet altijd een goed teken, eerder een teken van zwakte. Gauwgauw wat accenten verleggen omdat de corebusiness uit de hand gelopen is? Milieuvriendelijke rookschermen optrekken om onkunde te verdoezelen? Het wordt moeilijk enkel te gaan teren op mobiliteit. In Gent zou het mobiliteitsplan nog geslaagd kunnen genoemd worden, in Brussel heeft de #goodmove van Elke Van den Brandt al de eerste slachtoffers gemaakt op het terras van het restaurant Le Corbeau. Federaal heeft Gilkinet het niet onder markt met een amechtige NMBS, het grote zwarte gat van de Belgische overheid.

Toegegeven, we leven niet in de gemakkelijkste tijden, maar of doctrinaire wereldverbeteraars ons gaan redden van de ondergang, is maar de vraag. Het nieuwe logo verraadt niet veel goeds.

WC

Enkele dagen geleden stond er plots een onaangekondigd en tevens wansmakelijk kunstwerk op de Korenmarkt. Een volgekakte WC. Waarom net dit? Als protest tegen de anti-abortusactie van een handvol TFP studenten tijdens het weekend ervoor? In een stad die de Lgbtqia+ gemeenschap zo innig omarmt, zou het een warme -excusez-moi le mot- en toepasselijke boodschap kunnen zijn. De plaats waar het object werd neergepoot, zou ook een aanklacht kunnen zijn tegen de eveneens bekakte kunstpalen van een half miljoen euro ’t stuk. Of een pleidooi voor meer groen en meer ontharding op de Korenmarkt in plaats van staal en ander bling-bling. Groen zal het niet graag horen.

Laat het ons maar op het eerste houden, een onwelriekend protest tegen een enggeestige Amerikaans-Braziliaanse groupuscule, die met trom, trompet en een rode bavet ten strijde trekt tegen abortus. In Europa lijkt dit van de pot gerukt maar in de Verenigde Staten krijgen die blijkbaar nogal wat subsidies. Voldoende om bedevaarten naar Gent te betalen. Absurde ideeën, absoluut, maar wél ideeën. Onze burgemeester liet de manifestatie, of eerder, het spektakel toe. De absolute vrijheid van meningsuiting blijkt hier toch redelijk absoluut.

De Gentse flikken waren aanwezig, in burger, met twee bijtgrage Mechelse schepers aan de leiband, én in uniform. Discreet of minder discreet maar steeds correct. De spontane tegenbetoging van Casa Rosa, die niet toegelaten was maar wel gedoogd werd, mocht zich in strijdvaardige slagorde en op veilige afstand posteren. De flikken kennen hun pappenheimers. Regenboogvlaggen, #mybodymychoice kartonnetjes en de obligate kleine kindjes erbij. Een eenzame protestfietser vond het zo nodig om eens tegen de benen van de pro-life manifestanten te rijden. Een “vreedzaam protest” heet dat in die kringen. De agenten wisten er wel raad mee. Een mama die haar geïndoctrineerde kleutertjes voorop stuurde in de strijd tegen de baarlijke duivel, haalde nog net haar moment de gloire binnen en een paar mooie actiefoto’s voor het niet geaborteerde nageslacht.

Enkele heethoofdjes met een niet mis te verstaan antifa logootje, ingekleurd met regenboogkleurtjes, waagden zich tussen de toeschouwers. Dat waren vaak nietsvermoedende toeristen en een paar verloren gelopen Gentenaars. Ze verhinderden als volleerde NKVD leden dat de TFP’ers hun ziekelijke boodschap zouden kunnen overbrengen. Alles om hun eigen orthodoxe lijn te vrijwaren. De opmerking dat iedereen toch moest kunnen zijn wie ze zijn, leidde snel tot klassieke en verwachte wederwoorden als fascist en seksist. De meest rabiate 23-jarige van de bende bezwoer ons dat hij extreemlinks was (alsof we dat niet wisten) en dat de volgende generaties nóg extremer links zou zijn. Het feit dat ik er fijntjes aan toevoegde dat ik blank, cis-gender én vleeseter ben, was ook niet bevorderlijk voor de sfeer. Het werd net geen veroordeling tot de goelag.

Gelukkig waren er de goedhartige agenten die met deze soort weten om te gaan en hen vriendelijk verzochten zich terug te trekken in hun eigen afgesproken verdedigingslinie op het Sint-Baafsplein. De toekomst oogt met die kereltjes niet zo vrolijk. Gelukkig bestaat er nog democratie. Maar ik vrees dat zij onze westerse democratie ook maar bekakt vinden. Misschien vandaar die WC.

viː­ɡən

Woensdag half twee, de Geldmunt, vlak bij het Gravensteen. Een jonge vrouw, hoewel je dit in Gent nooit zeker bent, lepelt enkele blaadjes salade naar binnen. Ze kijkt triest in haar half lege bowl. Een konijn kijkt ook altijd triest als het worteltjes eet. De biodressing druppelt van haar vork, als waren het tranen van vermoeidheid en uitputting. De calorieën die de frisgewassen groene blaadjes meedragen,  lijken ontoereikend voor de inspanningen om de rijkdom van de natuur naar de mond te brengen en te kauwen. Elke schep lijkt een kwelling, maar dat kan in de natuur van deze consument liggen. Het leven is namelijk één grote kwelling. Veganisme als enige uitweg om de macht van witte cis-genderwezens te fnuiken. Ze hebben er een atrofie van de musculus risorius voor over, want glimlachen is zó wit. Zielig kijken van onder paarse lokken is een non-binair wapen om alle andersdenkenden dood te bliksemen.

In Gent hebben ze een monsterverbond gesmeed met Bram Van Braeckevelt, schepen van festiviteiten en eetgewoonten.  Tijdens de komende Gentse feesten zullen de veganisten hun eerste grote post-corona triomf vieren wanneer ze zombiegewijs de veganstandjes gaan overrompelen. Planteneters kweken nu al een extra net-, boek- en lebmaag om de overvloed aan veganistische voeding aan te kunnen. Vleeseters zullen uren in de hitte moeten aanschuiven om een braadworst of een hamburger te kunnen bemachtigen. Veganisten gaan op de groene loper als vorsten ontvangen worden door de satrapen van de Botermarkt en geleid worden naar lonkende standjes met kikkererwten, quinoa,  boekweitnoedels, speltpasta, gierst, gerst en rogge.

Toch zou ik vegans de raad geven om de lege verpakkingen in de vuilbakken van de eetstandjes te raadplegen. Standhouders die denken rap rijk te worden met lage standgelden en hoge wrapprijzen, zouden wel eens een streep kaas, melk of, godbetert, een ei tussen het voedsel van deze zelfverklaarde godenkinderen kunnen draaien. Vegans moeten altijd achterdochtig zijn, hun looks hebben ze alvast mee.

En als de overrompeling in de Belforstraat of onder de stadshal hen teveel wordt, kunnen ze in hun lokale panicroom tot rust kunnen komen tussen feministische queerliteratuur en eerlijke koffie. Ontsnappen aan de bestiale drukte van de cisgender mannen, die al twee jaar wachten om hun testosteronbom te laten ontploffen in een tiendaagse orgie van drank en drugs, het zal nodig zijn.  

Krijtcirkels

Vergeet de haven van Gent of onze universiteit, vergeet Volvo en de biotechbedrijven van Zwijnaarde, vergeet het Lam Gods of de floraliën; krijtcirkels zijn onze grootste troef. Het lumineuze idee, ontwikkeld in de wereldvermaarde denktank van de Botermarkt, was bedoeld om de radeloze jeugd te beschermen tegen het coronavirus. Dát was de Gentse inbreng op de vergadering van ‘The Forum of Mayors’ van de Verenigde Naties. Hiervoor reisde onze burgermeester speciaal naar Genève. Het is nog wel even wachten op reis- en verblijfsonkosten.  Ghent, city of chalk, wheRe waRmth and toleRance are wRitten in ciRcels. Dat verdient een prijs, toch? Of een monkellachje? Of een kramp?

Als deze nonsens niet pakt, dan zijn er nog 39 internationale organisaties waar onze stad lid van is.  Elk met zijn prijskamp allicht. Zo zijn we ook lid van het ‘Rainbow Cities Network’ die, volgens de website stad.gent,  (Europese) steden samen brengt en een actief holebi- en transgenderbeleid voert om goede praktijken uit te wisselen en elkaar inhoudelijk uit te dagen. (sic) Dat Europa tussen haakjes staat is een overbodige verduidelijking. Met Noord-Afrikaanse steden zou dat uitwisselen en uitdagen mijns inziens niet pakken.

Van het ‘Milan Urban Food Policy Pact’ voor  stedelijk voedselbeleid is Gent ook al lid. Het zou wel eens de hele heisa rond de vegetarische standjes kunnen verklaren: een rondje “wie is het meest veganist?”. Er zal wel weer een prijs aan vasthangen waar Mathias De Clercq volgend jaar mee kan uitpakken. Bij het lezen van de uitgebreide lijst van voorwaarden waaraan de voedselstandjes moeten voldoen, moest ik spontaan denken aan het befaamde Hungerplan van Herbert Backe uit 1941, maar dan de Gentse variant om groene gelijkgezinden en strijders voor het veganisme van voldoende voedsel te voorzien door de andersgezinden hun braadworsten en hamburgers af te pakken. Gelukkig heeft Burger King een strategische vestiging op de Korenmarkt.

Ik laat het allemaal aan mij voorbij gaan. Veganisten, vegetariërs of carnivoren, allemaal laten ze de binnenstad achter in een apocalyptisch stort van weggesmeten verpakkingen. Misschien moet het dirigistisch stadsbestuur ook even de vensterbanken aanduiden waarop de fuifbeesten hun pizzadozen, pastabakjes en frietzakjes kunnen achterlaten.  Of de greppels waarin ze hun kots kunnen deponeren, kwestie van de gevels en de brievenbussen van de nietsvermoedende centrumbewoners te vrijwaren.

Oh ja, de hoeveelheid zout had men ook wel mogen regelen. Er zijn trouwens meer dan 25 % Belgen met hoge bloeddruk. Dat is meer dan de 18 % zelfverklaarde vegetariërs en veganisten in Gent.

Russen

Na enkele maanden rust – niets ergs, gewoon andere dingen gedaan – werd het tijd om weer de pen, of de muis zo u wil, op te nemen.  Nu corona tijdelijk de voorpagina van de Gentenaar niet meer haalt, wordt het hoog tijd om de Gentse actualiteit weer eens tegen het licht te houden.

Over Volodymyr Zelensky zal je me niets horen zeggen, wegens te weinig kennis van zaken. Ik was al geen viroloog, laat staan dat ik beweer over geopolitieke kennis te beschikken. Op TV is Van Ranst vervangen door Criekemans, wat al een hele verbetering is. We mogen al blij zijn dat premier De Croo 300 militairen naar Roemenië stuurt. Poetin, sidder en beef voor onze eigenste  Alexander de Grote … uit Brakel.

Bij die andere doch minder bekende veldheer, Mathias De Clercq uit het immer opstandige Gent, zal Vlad eerder zijn oor te luisteren leggen. Het niet mis te verstane bevel om de oorlog “onmiddellijk te stoppen”, zal het Kremlin ongetwijfeld tot inkeer brengen. Dergelijke oproep uit onze warme en verbindende stad, zal menig Siberisch onderkoeld hart ontdooien en hun militaire colonnes richting Gentse Feesten 2022 sturen om zich hier te laven aan écht bier nu Heineken in Rusland niet meer verkrijgbaar is. Hopelijk houden hun roestige bakken het vol tot in Moscou of tot aan de Dampoort, want Duitse Hefeweizen is nu ook niet echt te vergelijken met Duvel of Turbeau Noir.

Het is wel te hopen dat de Russische generale staf zich verdiept heeft in het circulatieplan. Poetins staatskas is al bijna leeg maar een onvoorbereid bezoek aan Gent zou wel eens tot een regelrecht faillissement kunnen leiden. Een goed woordje van Tom De Meester bij de bevoegde schepen zal weinig soelaas brengen.  

Als de Russen hun eigen vlees meebrengen kunnen ze alvast komen barbecueën in één van de zeven aangeduide parken. Toch is dit misschien niet het beste idee. Oekraïne leert ons dat de Russen nu niet bepaald sterk zijn in het opruimen van hun zwerfvuil. Ik denk dat de Ivans en de Levs van de 37e tankbrigade niet onder de indruk zullen zijn van de doordachte maatregelen van Astrid De Bruycker om hen te laten zitten met hun vuilnis. Ze zijn erger gewoon.

Of er bij de Russische troepen 50 % vegetariërs zitten valt te betwijfelen. Als het kanonnenvlees uit Perm, Krasnojarsk of Korjakië die opgevoed zijn met een armtierig groentedieet van witte kolen, rode bieten, uien, winterwortelen en augurken, in hartje Gent aankomen, vermoed ik dat zij zich eerst zullen storten op de kraampjes met braadworsten, witte pensen en spitsburgers. De Gentse vegetarische upperclass zal niet moeten vrezen voor hun ingevoerde lekkernijen.  De troepen zullen niet staan aanschuiven voor Zuid-Amerikaanse cassave, Afrikaanse Okra en Thaise kousenband.

Hopelijk vertrekken de Russen wél na de Gentse Feesten. En rijden hun T-90’s en TOS-1’s niet over de bakfietsen van de lokale veggies.

2022

Slechte tijden zijn het als je wil lachen met de politieke actualiteit. Het zou getuigen van complete gevoelloosheid, van algehele ontkenning van de teloorgang van de democratie. Bleiten zou al beter zijn, maar tegelijk is dat een teken van onmacht of een symptoom van een soort politieke burn-out, gekenmerkt door een algehele afwezigheid van energie om er iets te willen aan doen. Al is het met sarcastische teksten.

Ik las deze week dat de voorzitster van Groen vindt dat Vivaldi in 2021 zéér behoorlijk geregeerd heeft.  Dat kan kloppen, Vivaldi heeft vooral gedaan wat Groen al lang wou. Misschien is dit okay voor de 10 % groenkiezers, maar ik vrees ervoor dat die 90 % anderen er zo gelukkig mee zijn. Gentenaars zijn ervaringsdeskundigen. Hier bezet Groen 25% van de zetels in de gemeenteraad maar tegelijk 50% van de schepenzetels in het stadsbestuur. Ook hier zal Groen zeggen dat Gent goed bestuurd wordt. Al was het met een  politieke putsch.

Geef toe: Groen heeft het spel zeer goed gespeeld. Bij de verkiezingen hebben ze slim de zwakheid van de socialistische kiezer uitgebuit. Door gebruik te maken van de slaafse volgzaamheid van het rode voetvolk dat zich volgens goede marxistische tradities telkens akkoord verklaart met de samenstelling van de kieslijsten en gedwee de lijststem gebruikt, heeft Groen met haar sluwe naamstem-strategie zich een klinkende overwinning geschonken. De lijsttrekker werd compleet naar de coulissen van de onbeduidendheid verwezen. De nieuwe schepen van facilitair management en personeelszaken is een mooi bewijs voor het invasieve karakter van Groen. De lange mars door de inrichtingen is niet alleen kenmerkend voor de linkse soixante-huitards maar nu ook voor de frisse, ecologisch bewuste en hippe ondernemers-met-een-bakfiets.   Alleen vind ik het een gemiste kans dat de nieuwe groene schepen er de bevoegdheid van feestelijkheden niet heeft bij genomen. Dit zou pas een krachtig signaal van integratie geweest zijn, Gentse feesten organiseren die tot in het buitenland gekend staan als een orgie van bier zuipen en ribbetjes à volonté eten. Nu ja, In Gent is het aftellen tot oktober 2024. Benieuwd of de coalitieleden een nieuwe groene dictatuur zullen dulden.

In vergelijking met de Arteveldestad is België nog een stuk leuker. De Vivaldi-constructie zoals ze ook in Gent bestaat mag dan, in ministers, minder door Groen gedomineerd worden, het politieke circus van incompetentie, onmacht en slechte wettenmakerij is er zo mogelijk nog groter. De slaafse gehoorzaamheid aan de groene oekazes in ruil voor het premierschap mag dan wel copy-paste zijn voor de Gentse politiek, de gevolgen zullen veel verstrekkender zijn. Op deze donkere laatste dag van het jaar zullen de zonnepanelen niet zoveel elektriciteit op het net steken. Gelukkig voor de ecologische kerk waait het voldoende om 28% van het totale stroomverbruik te leveren. Sinds de beslissing van de kernuitstap weer eens werd opgeschoven (duidelijk uitstelgedrag, een euvel dat door Groen altijd graag in de schoenen van de Zweedse regering werd geschoven) is het weer uitkijken naar het politieke gekrakeel wanneer de premier weer eens van onder zijn steen tevoorschijn zal komen.

De omikrongolf die vandaag aan zijn klim van de monsterpiek is begonnen zal nog veel overlegcomités bijeen roepen en nog veel demonstranten de straat op sturen. Hopelijk is de vijfde golf voorbij tegen 18 maart. Dan kan Tinne Van der Straeten, vrij van coronazorgen, definitief het licht uitdoen. En Vivaldi op palliatieve leggen.

Misschien moet ik dáár in 2022 iets meer over schrijven. Gent – Brussel is toch maar 55 km. Met mijn elektrische auto kan ik op  één dag zeker 3 keer op en af.

Voorlopig toch nog.

Zwaar Festival

Dag drie van het fel bejubelde lichtfestival van Gent. Het is nu 17u30. De overrompeling gaat beginnen. Als waren het Teutoonse horden, zo storten de kunstminnende lichtaanbidders zich op de binnenstad. Gewapend met dikke jassen en dunne mondmaskers gaan ze zich straks door de smalle straatjes van het parcours wurmen. De politie gaat handhaven! Een hele geruststelling. Of zoals de burgemeester gezegd heeft, na twee verwittigingen gaan de hardleerse mondmaskerweigeraars er onverbiddelijk uit. Beetje naïef om te denken dat elke bezoeker een flik-begeleider krijgt om, indien nodig,  manu militare in te grijpen. Nu ja, naïef en burgemeester, het zijn twee begrippen die in Gent vaak hand in hand gaan.

Het onnavolgbare enthousiasme van het stadsbestuur om massa evenementen als het nec plus ultra van citymarketing te laten passeren, staat vaak haaks op de gevolgen. De verwachte piek van covidpatiënten in de Gentse ziekenhuizen zal ongetwijfeld weggewuifd worden als een verwaarloosbaar neveneffect. De Botermarkt zal er zelfs in slagen om de opstoot in de schoenen te schuiven van hun politieke tegenstanders. Hoe ze dát gaan doen is me vooralsnog een raadsel, maar ik ben er van overtuigd dat ze ook dáár in zullen slagen. Tenslotte hebben zij toch altijd het groot gelijk aan hun kant.

Zelfs de dieselgeneratoren die zacht staan te ronken aan de Koepoortkaai, CO2 en fijn stof uitstotend, netjes verborgen achter zeildoeken van de stad,  zullen vergoelijkt worden. Vermoedelijk draaien ze op biodiesel. Of op het veel duurdere HVO. Geld is toch geen probleem voor de stad Gent. En paar tienduizend euro meer zal de gigantische stadsschuld niet scheeftrekken. Het is voor het goede doel. Panem et Circenses. Geef het volk haar amusement, ze zal het de satrapen van het stadhuis vergeven. Het lichtfestival zal gezellig zijn.      

De stadslijst van de burgemeester-op-papier garandeert nog meer fun,  gezelligheid en verkwisting na 2024. Misschien moeten we de geuzennaam van de Gentenaars, de Stropkes, veranderen in een meer actuele versie, de volgzame citroentjes.

En nu maar hopen dat het lichtfestival geen zwaar festival op intensieve care van het UZ wordt.