Mieke 2

Het moet van 1992 geleden zijn, toen Pierre Chevalier de wereld verbaasde om van de SP de overstap naar de VLD te maken, dat de burger nog  zó geschokt was bij een overstap van een rode naar de blauwen. Mieke Bouve, in een vorig leven ooit De Schrandere genoemd, deed de naam van haar personage uit Merlina alle eer aan en verliet haar zitje in de gemeenteraad om aan te sluiten bij de enthousiaste Open-VLD’ers van Mathias De Clercq. Een schrandere zet volgens Mathias, want Mieke had zich nooit een echte socialist gevoeld. Ze kwam nochtans ooit uit de Volksunie, die toch enkele über-socialisten als Bert Anciaux en Annelies Storms heeft voortgebracht. Maar Mieke vond dat kraken en dat circulatieplan maar niets en zocht daarom de coalitiepartner op die nochtans mee het circulatieplan had goedgekeurd. Begrijpen wie kan. Rudy Coddens vond het helemaal niet zo’n schrandere zet. Gebrek aan basisprincipes, zei hij. Maar laat dat nu net het kenmerk van de Open VLD zijn. Mieke zit er gebeiteld. Hopelijk is ze nu zo schrander dat ze haar kopman kan weerhouden weerom zijn ziel te verkopen aan de rood-groenen na de verkiezingen.

De opmerkingen van Mieke Bouve op het circulatieplan moeten toch niet uit de lucht gegrepen zijn. De stad Gent pakt nog maar eens uit met een campagne om de mensen naar de stad te lokken. Ze dachten daar: één acteur weg, we pakken dan maar een andere, Daan Hugaert, die in Thuis Eddy van Notegem speelt. Ik moet toegeven dat ik het moest opzoeken maar volgens Wikipedia blijkt Eddy een gewelddadige, jaloerse seksverslaafde man te zijn. Dé geknipte man dus om de inwoners van de gemeenten tussen 10 en 30 kilometer van de Botermarkt verwijderd, pakweg Tielt, Wetteren en Zelzate, naar Gent te (ver)leiden. Een marginaal Gent laten aanprijzen, quoi.  Het zegt veel over wat de slimme universitaire beleidsmakes in ons stadsbestuur denken over de inwoners van Oost-Vlaanderen. Wereldvreemdheid troef maar Eddy spreekt Gents en heeft van ver een beetje weg van onze geliefde burgervader. De Termont van den Aldi, zo je wil. Maar of onze buren een Termont-lookalike nodig hebben om ze naar de binnenstad te krijgen is mij toch de vraag. Ik las dat de campagne 250.000 euro zal kosten, bovenop alle voorgaande grapjes om de scherpe kantjes van het circulatieplan weg te vijlen. Ik dacht toch uit de continue goednieuwsshow van de Bende van de Botermarkt te kunnen opmaken dat het circulatieplan net géén invloed heeft gehad op de omzet van de winkeluitbaters, dat er nu méér bezoekers zijn dan ooit, dat er nu méér starters zijn dan ooit en nog nooit zo weinig falingen. Gebruik die 250.000 euro dan toch voor iets anders. Voor nieuwe vuilnisbakken misschien? Ah ja, daar gaat al 3.000.000 euro naartoe. Of voor Gentfest, het jaarlijks feest van de socialisten op 1 mei. De fietsrekken in de Kammerstraat staan al klaar, het podium op de Vrijdagsmarkt ook. De stad kijkt niet op een euro om het feest te laten slagen. Dat niet iedereen socialist is, is slechts een detail. Socialisme zal gezellig zijn of het zal niet zijn, coûte que coûte. En we weten wat er gebeurd is met de uitvinder van die quote.

Met de eindmeet en de welverdiende rust in zicht zal onze burgervader niet veranderen. Zoals Bonte, zijn bonte collega van Vilvoorde recent zei: socialist is godverdomme een eretitel. Waarom nu stappen zetten tot verzoening? De kans dat Termont op het bordes van de Botermarkt verschijnt, in een innige en verzoenende knuffel met Siegfried Bracke is onbestaand. Toegegeven, beiden beschikken niet over kernwapens maar een historische geste zoals deze van Kim Yong Un en Moon Jae-In zie ik niet te gebeuren in onze historische stad. De prijzen van meest groene stad en de beste werkgever zullen Gent niet meer ontglippen, de prijs voor de vrede des te meer.

Het sprookje van prinses Cruyllebol en prins Filobel

Er was eens een heel oude en machtige burcht aan de samenvloeiing van twee grote rivieren. Al jaren heerste ridder de Roode de Mariakerque als een verlichte despoot over zijn burcht. Om de burchtbewoners te paaien gebruikte ridder de Roode de Mariakerque de hand- en spandiensten van zijn trouwe rechterhand Christophorus Den Blauwen. Met gewiekste truukjes en de hulp van geslepen gerechtsgeleerden overspoelden zij samen sinds jaren de burchtbewoners met brood en spelen. En iedereen in de burcht was dik tevreden.

Maar enkele jaren terug streken uit het verre Westen twee koningskinderen neer. Zij waren de dochter en de zoon van koningin Myriam, de groene koningin van het grote Geluk, die in het kille en vreemdelingenonvriendelijke Noorden de alleenheerschappij van de nietsontziende baljuw Bartholomeus probeerde te breken. Ondertussen bakten haar twee schattige spruiten, prinses Cruyllebol en prins Filobel zoete broodjes met ridder de Roode de Mariakerque. Ze slaagden er zelfs in om, met steun van de vele Westerlingen die zich in de burcht gevestigd hadden, aan de Ronde Tafel van Ridder de Roode de Mariakerque aan te schuiven. Zo konden de prinses en de prins hun hartje ophalen en ferm hun goesting doen in de oude machtige burcht.

Prins Filobel weerde meteen alle paarden- en ossenkarren uit de burcht omdat paarden en ossen stinkende scheten laten waardoor de burcht veel te snel opwarmde, en met hun hoeven veel te veel fijn stof lieten rond dwarrelen waardoor de arme kindjes te kort aan adem kregen. Daarom moesten alle paarden- en ossenkarren langs de buitenmuren de burcht rond rijden. De arme stakkers van onder meer de oostelijke akkers, de bergen van Amandus en Lede, het land van de Zwijnen en allen die buiten de muren leefden,  kregen alle stinkende winden en alle keutels van de trekdieren over zich heen. Om goed te zien dat alleen nog voetgangers door de burcht mochten trekken liet prins Filobel alle straten met stoepkrijt rood maken. Dat was slim gezien van de prins want rood was ook de favoriete kleur van ridder de Roode de Mariakerque. Dat de neringdoeners nu aan hun marchandise niet geraakten was voor prins Filobel geen probleem. Koningskinderen zijn nooit gewoon geweest te werken om den brode, laat staan dat ze wisten wat neringdoen écht betekende.

Prinses Cruyllebol mocht zich van ridder de Roode de Mariakerque bezig houden met alle schooltjes van de burcht. En dat waren er een pak, zowel van de paters en de nonnetjes als van de poorters. Om de vele kinderen van de burcht en omstreken een plaatsje te geven deed ze beroep op de geleerde magiërs van de Universele School, die in het hele land gekend stond om haar fantasierijke doch vaak onuitvoerbare toekomstbeelden. Uit die school kregen de prinses en de prins ook heel veel steun. De leerlingen van de magiërs waren verzot op stappen, haatten paarden- en ossenkarren  en organiseerden feesten net over de poorten van de burcht waar ze zich te buiten gingen aan wilde bacchanalen en zatternijen, dit tot grote woede van ridder de Roode de Mariakerque. Ook trokken ze op zaterdagen en zondagen en op alle warme lente- en zomerdagen naar de oude binnenhaven waar ze dagen- en nachtenlang feestten, fuifden en vuiligheid achterlieten, die jonkheer Ivanho en zijn gele kornuiten dan maar moesten komen opruimen.

De prinses en de prins lieten hun volgelingen begaan en hun goesting doen. Binnenkort zou ridder de Roode de Mariakerque op welverdiende en tevens broodnodige  rust gaan,  en heimelijk hoopten ze dan zelf aan de macht te kunnen komen. Hun mama zou zeer fier zijn, te meer dat ze dan de trouwe vriendin van de wrede baljuw Bartholomeus, Anna Lena, die uit de Melse bossen kwam, zouden verslaan. Daarom hadden  prinses Cruyllebol en prins Filobel alle steun nodig van de feestende leerlingen van de magiërs. Trouwe huisdienaren van de prins en de prinses gingen zélf de boorden van de binnenhaven opkuisen om hun fervente aanhangers, vaak door de eenvoudige burchtbewoners die al generaties lang de burcht bevolkten de Arrogenten genoemd,  geen strobreed in de weg te leggen.

Prinses Cruyllebol en prins Filobel konden de  trouwe ondersteuning van de jongeren goed gebruiken want er was een kaper op de kust, namelijk de ooit gedoodverfde dauphin van ridder de Roode de Mariakerque, de welbespraakte Mathias de Cleynzoon, telg uit een succesvolle plaatselijk blauwe familie. Nadat Mathias de Cleynzoon  uit de gratie was gevallen bij ridder de Roode de Mariakerque, had deze de strijd aangebonden om alleen kasteelheer te worden van de machtige burcht aan de samenvloeiing van de twee rivieren. Daar de neringdoeners, ambachtslieden en herbergiers het niet zo begrepen hadden op de lichtzinnige en vaak onbezonnen toekomstbeelden van de prinses en vooral van de prins, probeerde Mathias de Cleynzoon  hen voor zich te winnen door succesverhalen te vertellen over hoe goed en hoe sterk de burcht wel was. Dat de oude haven zich nu zelfs uitstrekte tot ver in het buitenland was zijn verwezenlijking en iedereen moest het horen. Het stoepkrijt zou dra verdwijnen en de neringdoeners en de herbergiers zouden binnenkort hun handelswaar en hun bier weer kunnen aanzeulen met paard en os. De ducaten zouden rollen.

Met Siegfried, de oude aanvoerder van het leeuwenlegioen, uit de brakke landen van Mol en omstreken, door zijn oude strijdmakkers ook nog Valère genoemd,  hield niemand nog rekening. Door schaamte verdreven, nadat hij de bitse woordenstrijd verloren had van ridder de Roode de Mariakerque over een onbestaande zak goudstukken, had hij het roer overgelaten aan de reeds vernoemde Anna Lena uit de Melse bossen. Welbespraakt als ze was nam ze het op tegen de BurchtBrigade van Rudolphus, de leider van de armenkamers en de godshuizen,  de twee prinsjes, Mathias de Cleynzoon en de godvruchtige Maria, ooit onbetwiste aanvoerster van de christelijke scholen en door de plaastervanger van Jezus in Vlaanderen, in haar oude dagen in de strijd om de Ronde Tafel geworpen. De inzet was groot, de kamp beloofde intens en heet te zijn, de uitkomst onduidelijk.

Nu is het wachten op de komst van een nieuwe, nog onbekende voorman en leider van de burchtbewoners, aangekondigd door de onzichtbare krachten van het geheime genootschap dat zich Burcht word Wakker noemde. Velen staan dagelijks op de uitkijk om te zien of de vreemde voorspelling bewaarheid wordt. De oude families die al jarenlang de burcht bewonen, de neringdoeners, ambachtslieden en herbergiers, de ouderen en zij die moeilijk te been zijn, de bewoners van de dorpen buiten de muren, de jonge lieden die niet door de magiërs betoverd werden, de mensen met een greintje gezond verstand, allen stellen zich de vraag of de profetie zal uitkomen.

Maar hiervoor is het nog wel even wachten. Het geduld wordt op de proef gesteld, maar bij elke nieuwe tijding zal uw trouwe dienaar de ganzenveer ter hand nemen en zijn taak als verslaggever met toewijding verder zetten.

Vrolijk

Ik zou me vrolijk kunnen maken over de hele heisa rond Aaron Berger, maar dat doe ik niet. Ik heb respect voor mensen met onbegrijpelijke levenswijzen maar verder niemand kwaad doen en voldoen aan hun burgerplichten, voor mensen die begrijpen dat ze hun aberrante visies niet aan de buren hoeven op te dringen en die de noodzaak niet voelen om verdedigd te worden door  een meute menswetenschapper die er een sport van maken om elke al dan niet gefingeerde minderheid door dik en dun te verdedigen.

Ik zou me ook vrolijk kunnen maken over meester voetschieter Kris Peeters, ooit voorvechter van de zelfstandige ondernemer maar nu frontstrijder in de loopgraven van de moribunde Antwerpse CD&V, rijp voor hun persoonlijke Untergang nu blijkt uit de laatste peilingen dat ze nog amper 2 % haalt in de Koekestad. Maar ik ga me ook over Kris niet vrolijk maken. Vrolijkheid en Kris Peeters gaan niet echt samen, wat me naadloos brengt bij het vrolijke politieke Antwerpse project Samen. Het geesteskind van de progressieve Sinjoren die hiermee dachten De Wever met de grove borstel van het Schoon Verdiep te kunnen verjagen, is ondertussen ter ziele gegaan. Hun Untergang lag meer bij de strapatsen van sos-tegen-wil-en-dank Tom Meeuws, die zoals vaak bij de sociaaldemocraten het geval is, zich bezondigde aan de aanraking van de kapitalistische begeerte van geld en vastgoed. Nu hij vandaag door de partijleden bevestigd is als runner-up van onafhankelijk en partijkaartloze boegbeeld Beels, zal hij al even hard zijn best mogen doen als Kris. De peiling van 10% voor de socialisten lijkt me na vandaag zelfs wat té hoog gegrepen,  dit in tegenstelling tot de resultaten van de Gentse socialisten in de Arteveldestad waar de Gentse Tom sneller dan zijn eigen schaduw van het toneel verdween, tot grote opluchting van onze burgemeester en diens huidige poulain die het in de peilingen nog steeds behoorlijk blijven doen.

Maar zoals politici zeggen: het is maar een peiling. Niets om ons vrolijk over te maken dus. Toch las ik deze week op ‘t internet dat op het kopstukkendebat van de faculteit politieke en sociale wetenschappen in Gent, de socialistische kopman, de poulain dus, en de groene kopvrouw als beste uit de stemming kwamen. Toen ik me daar licht vrolijk over maakte  kreeg ik een twitter-repliek van de immer sympathieke Elke Decruynaere, waarin ze tweette dat net daaruit bleek dat deze studenten goed geïnformeerd waren. Persoonlijk vond ik het eerder geïndoctrineerd, maar soit. Weg vrolijkheid… tot ik las dat uit een enquête van het Neutraal Syndicaat van Zelfstandigen bleek dat slechts 4% van de ondernemers en zelfstandigen voor Elke’s partij zullen stemmen. Slecht geïnformeerd deze keer, Elke? Nu pas maak ik mij écht vrolijk. In januari 2016 bazuinde Groen-voorzitster Almaci uit volle borst uit dat Groen dé KMO-partij par excellence  zou worden. Misschien bedoelde ze eerder de partij van de barista’s, de zelfstandige fietskoeriers, de personal coaches en de uitbaters van tweedehandswinkels. Ik laat het in het midden. De economische impact op het bruto binnenlands product van de groene  KMO’ers laat ik ook in het midden. Iedereen is koning in zijn eigen koninkrijk.

Wie er zeker koning is in zijn eigen koninkrijk is onze commandante  én burgervader Daniel Termont. De koning van Gent heeft zelfs beslist dat de fameuze 1-mei stoet, het jaarlijks collectief orgasme van links, nu Gentfest zal heten.  Het wordt een festijn waar artiesten en andere extroverte pleitbezorgers van een progressieve maatschappij de Gentse bevolking zal verblijden en iedereen in het rood gekleed zal gaan. Van de  niet-socialisten wordt verwacht dat zij zich die éne dag terug trekken achter de Moervaart. Gent is op 1 mei van de roden.  Zoveel is duidelijk. Of Groen zich zal tooien in scharlaken of karmijn is mij nog de vraag maar de aanlokkelijkheid van nog een extra rondje aan de vetpotten van de stad zitten, zal het groene geweten vlotjes doen verweken. De bakfiets zal heersen, al moeten ze zich tooien ze zich in de kleur van het kameradenbloed.

Op 1 mei trek ik er wijselijk onderuit. Misschien wel een bezoekje aan de zoo van Antwerpen brengen. Wie weet kan ik er Aaron Berger nog troosten. En hem wat opvrolijken.

 

Er zijn geen problemen

Een kleine wandeling door het doordeweeks veel te rustige Gentse  stadscentrum is vaak een hoog risico voor mensen met een zwak hart. Op de meest onverwachte momenten springen hyperkinetische jongeren, vaak met rastakapsel of enig ijzerwerk door lip, neus of wenkbrauw u voor de voeten. Beleefd zijn ze wel. Ze verwelkomen u meestal met een ingestudeerde commerciële glimlach en een standaard opener als “u ziet er goed uit vandaag” of “ik ben op zoek naar twee tortelduifjes en ik denk dat ik ze gevonden heb!” Dat het tortelen in mijn geval zo’n 35 jaar geleden actueel was,  zal deze jongeling in zijn jointjes-roes niet opgemerkt hebben. Ik denk dat ze met dergelijke onzin de verbouwereerde toehoorder midden op de Korenmarkt willen verlammen, zoals een spin het insect in haar web, om ze vervolgens te injecteren met sluipende onzin waarmee ze hopen uw NGO-weerstand langzamerhand te slopen en uw geweten de overhand te laten nemen. Dat ze mijn kennis van de balansstructuren en de resultatenrekeningen van de verenigingen voor wie ze propaganda maken onderschatten, kan ik hen niet kwalijk nemen. Hun onschuldige gedrevenheid is mooi om zien. Ontroerend zelfs. En ook een beetje triest, het ware leven zal nog pijn doen. Maar een knap toneel, dat wel.

Een even knap toneel is dàt tijdens het weekend op de Graslei. Het heerlijke Kumbaya moment van de Vlaamse jeugd die komt genieten van de rijke Gentse geschiedenis en de progressieve ambiance. In de rug beschermd door het sinds 2016 afgebachte huis van de Vrije Schippers, verlangen ze naar de vrije liefde en de nabijheid van een vuilbak, beiden blijkbaar onbereikbaar. Dan maar rug aan rug zitten, of voetje vrijen en de kartonnen doosjes van een Amerikaanse hamburgerketen samen met de bekertjes van één of andere eerlijke koffie in de Leie kieperen.  De vuilbak stond te ver, zoveel is duidelijk. Ivago staat nog een aantal zware weekends te wachten, behalve tussen 5 en 8 juli, want dan zitten alle vervuilende youngsters op Rock Werchter. Dat is dan tijdelijk het probleem van burgemeester Dirk Claes en niet van Daniël Termont.

Onze geliefde burgemeester heeft, buiten het stort in de middeleeuwse Gentse haven, andere problemen, behalve dan volgens hemzelf. Tom, de zondebok van Publipart is verdwenen in de anonimiteit van Zorgnet-Icuro, Optima is failliet, Jeroen is bijna gepluimd en zwijgt,  en de Blauwe Torens staan toch maar schoon te blinken. Wie wou er nu torens van 25 meter? En als er over problemen wordt gesproken komen ze toch maar van het Laatste Nieuws. Een uitspraak van  onze burgervader  waar Jan Segers duidelijk niet vrolijk van wordt. Je kan natuurlijk niet alle gazetten in je zak hebben. Ik ben op tijd geswitcht van de правда из Гента  naar HLN.

Nu nog een proceske voeren tegen de auteur van “de Illegale Ghelamco Arena” en hem  10.000 euro aftroggelen (advocaten koste geld, moet je weten), maar ook dàt is geen probleem. Bah nee, nu kan tot 14 oktober alles verdwijnen achter het schaamlapje van “het geheim van het gerechtelijk onderzoek”. In de vochtige kamer is veel bespreekbaar. Ook de oppositie is blijkbaar niet in staat een majeur probleem aan te kaarten en de burgerbewegingen overleggen nog steeds of ze de handschoen zullen opnemen. Het circulatieplan is door de uitvinders ervan al meerdere keren heilig verklaard, en als er al iets aan schort  is het steevast de schuld van De Lijn, het barbaarse werktuig van hun politieke nemesis.  Als KAA Gent nu nog stunt en kampioen wordt krijgt onze burgemeester zowaar nog een standbeeld en kan Rudy Coddens in een zetel naar de eindstreep gepiloteerd worden. Nee, er zijn duidelijk geen problemen in Gent.