De Gentenaar pakt uit met een soort “Grand Départ” van één van de meest iconische burgemeesters van de voorbije decennia. Elke dag lees ik nu een afscheidsbrief aan onze uittredende burgervader. Pierke Pierlala, Luc Van Looy en Siegfried Bracke beten de spits af. Het is een voorrecht van BV’s om in de pen te kruipen en de burgemeester met veel wierook, zeker in het geval van bisschop Van Looy, uit te wuiven. Van de OV’s (de onbekende Vlamingen) wordt er niet verwacht dat ze zich mengen in lof- of klaagzangen. Men gaat er van uit dat Jan met de Pet zwijgt of zijn kritiek wegspoelt met liters glühwein. Misschien was dát wel de bedoeling van de Gentse Winterfeesten.
Toch riskeer ik mij ook aan een afscheidsbrief. Ik kon mij enkel laten inspireren door wat mij overkwam of mij raakte, als eenvoudige burger en als bezorgde vader. Mijn toekomst is een stuk korter dan die van mijn kinderen en dat maakt mij enigszins ongerust. Niet dat ik ongerust ben omdat ík die toekomst niet meer heb, maar wel omdat zij in die toekomst zullen moeten leven. Zelf heb ik al veel verleden op de teller staan, en dat verleden was niet slecht. Het is maar wat je er zelf van maakt en wat de natuur je toelaat er van te maken. Maar wat er na uw regnum te gebeuren staat, dát baart me zorgen. Daarom deze brief:
“Waarde burgemeester,
Ik kan u bezwaarlijk even amicaal aanspreken als het kruim van de Gentenaars dat u vaarwel mag zeggen. Verwacht dan ook geen “Beste Daniël”, ik hou het beleefd op “mijnheer de burgemeester”.
Wij kennen elkaar niet. Een politieke beleefdheidsknik en een handdruk in de menigte beschouw ik niet als bewijs van een persoonlijke band. Ik was dan ook geen CEO van een belangrijke speler uit de haven, geen Braziliaanse importeur van biomassa, ook geen vaste bezoeker één van de socialistische volkshuizen, laat staan een potentiële stemmer. Kleine ondernemers zijn meestal niet de mensen die de Internationale meezingen op 1 mei maar hoogstens van die vrije dag gebruik maken om hun administratie op orde te brengen.
Toch hadden we ooit de mogelijkheid elkaar te leren kennen. Enkele jaren geleden werd ik door Sven Taeldeman aangesproken om te sponsoren voor de Curieuze Collectie, een lovenswaardig initiatief die lokale kunstenaars in Sint-Amandsberg bijeen brengt. Meneer Taeldeman wist dat mijn bedrijf lange tijd in Sint-Amandsberg gevestigd was en dat mijn familie daar ooit goed ingeburgerd was. Een beetje bekende namen op de sponsorlijst zouden misschien wat extra volk op de been kunnen brengen. Ik stortte 500 euro en werd meteen gebombardeerd tot hoofdsponsor. Op de factuur wacht ik nog steeds, maar dit terzijde. Bovendien was John Crombez toen staatssecretaris voor fraudebestrijding. Ik wist wel dat er een goed woordje zou afkunnen bij een onverwachte belastingcontrole. Op de dag van de prijsuitreiking begaf ik mij met mijn echtgenote naar het oud gemeentehuis van Sint-Amandsberg om de cheque uit te reiken aan de winnaar. Ik keek er naar uit om u daar persoonlijk te melden dat ik met veel plezier het initiatief steunde omdat het de mensen dichter bijeen bracht en allochtonen de kans gaf zich in de kijker te spelen. Tot u ons straal negeerde en ons voorbij liep om de afgevaardigde van de Bond Moyson de hand te schudden en hem te bedanken voor zijn sponsoring. Bij gebrek aan privépartners (meneer Taeldeman had maar één slachtoffer gevonden, moi) had men dan maar de politieke vrienden aangesproken.
Ach, ik heb nooit rood gestemd, maar ik had wel sympathie voor al uw realisaties in de legislatuur vóór 2012. De haven stond weer op de kaart, de tewerkstelling groeide, er werd meer gebouwd, KAA Gent kreeg een nieuwe thuis en de stad bruiste als nooit voorheen. Alleen jammer van uw keuze om met dromers in zee te gaan. Ik geef toe, er rijden minder auto’s in Gent en misschien is de lucht properder. Ik heb nu meer dan vroeger de keuze uit diverse luxeappartementen om mijn oude dag in door te brengen. En de Bulgaren, die u welkom heette, werken vaak in de bouw, en dat is dan ook leuk meegenomen. Eigenlijk is Gent best oké.
Alleen ook jammer van uw communicatie. Al schertsend mag en kan veel gezegd worden. Maar als puntje bij paaltje komt, moet zelfs de meest populaire burgemeester op zijn woorden letten. In de politiek is elke nacht een Nacht van de Lange Messen, Christophe Peeters kan er van meespreken. Daar bent u nu vanaf. U verdween met stille trom maar u laat een orkest na die enkel nog een blauwe kakafonie in mineur kan brengen. Uw opvolger aan wie u een aangenaam verblijf in het Vlaams parlement toewenste, wordt binnenkort de dirigent van de Gentse operette der verbinding. Benieuwd welk concert hij te horen zal krijgen tijdens de eerstvolgende nieuwjaarsreceptie. Misschien kunnen we op de achtergrond samen een glaasje cava drinken op uw pensioen. Dan krijgen we eindelijke de gelegenheid om elkaar écht te leren kennen.
Het gaat u goed, meneer de burgemeester. En let op uw gezondheid. In de politiek heeft u meer dan negen levens, van uw gezondheid heeft u er maar één.
Uw dierbare burger, Steven.”