Woensdag 19 december 2018, een tijdperk wordt afgesloten. Dertig jaar socialistisch burgemeesterschap wordt ten grave gedragen. Wat ooit begon als een eclatante overwinning op de CVP eindigde als een stemmendebacle in een sfeer van schandalen en slechte communicatie.
De kartelpartner voor wie delen heilig is wist handig de zegezekere socialisten in een figurantenrol te duwen en de postjes onder de groene geloofsgenoten te verdelen. De ooit bejubelde kroonprins die gedegradeerd werd tot “Vlaams parlementslid die het daar goed zou doen”, keerde terug als een overwinnaar met een missie, maar aan handen en voeten gekluisterd met donkergroene ketens.
De Ghelamco-arena en het schilderij van Karl Meersman aan mijn muur, met Termont en Balthazar, met tabberd, strop en een stapel munten op het hoofd, zullen blijvende getuigen zijn van de neergang van één van de populairste burgemeesters in Vlaanderen. Piqueur is ondertussen gepluimd, dus van een verlengd verblijf op een yacht in de Middellandse zee zal geen sprake meer zijn. Zijn blauwe zeloot, 18 jaar trouwe schepen, bestuurder in Publipart en voor zijn baas bedenker van menige constructie die het daglicht eerder schuwen en de kiezer dom houden, is kaltgestellt. De messen in zijn rug zitten nu al tussen zijn tanden. De scribenten van de lokale pers, ooit de trouwe bondgenoten van Termont en de herauten van de ontelbare weldaden van paars-groen, zijn gedegradeerd tot verzuurde non-believers. Het wordt dus Dehaene-gewijs een permanente “geen commentaar”.
De ongebreidelde drang om van zijn stad de grootse, beste stad van het land te maken, sierde de man die even goed kon onderhandelen met ondernemers als met vakbonden. Een combattieve Termont kon in zijn ééntje Meulestedebrug open houden en de band bij Volvo draaiende. Hij kon Brazilianen overtuigen de samba in Vlaanderen te dansen en Nederlanders een grotere sluis te graven. Maar hij was tevens mandatenkampioen en verzamelaar van trofeeën waarvan geen enkele Gentenaar wist waar ze voor stonden. Met Eurocities leefde hij in een pretpark voor gelijkgestemden. Ondertussen woekerde de schimmel lustig verder op de muren van de huisjes in de Sint-Bernadettestraat en bereikte de kinderarmoede ongekende hoogtes. De woningnood piekt maar de luxeappartementen schieten als paddenstoelen uit de grond. De ongeletterdheid werd geïmporteerd maar de gesubsidieerde culturele masturbatie werd gestuwd naar ongekende hoogtes. Als nooit te voren kirden de culturo’s van plezier bij het zien van een blote Adam en Eva op de planken van het NTG en voor de ogen van een klasje twaalfjarigen.
De progressieve obsessie van gelijkheid legt steeds meer de naakte waarheid van de ongelijkheid vast. De uiterlijke tekenen van onderdrukking en religieuze waanzin halen het hoogste echelon van de lokale politiek. Het is nog maar de vraag of de jonge, enthousiaste en breedsprakerige blauwe burgemeester de fetisj van de Verlichting zal heiligen of eerder zal begraven. Liever de sjerp om de buik én de hoofddoek op het hoofd dan omgekeerd? Benieuwd of hij aan de juiste kant van de geschiedenis belandt, samen met Charles Michel.
Wie weet schrijven we reeds in 2019 dat we de no nonsense Termont missen. Zijn triomfboog aan het eind van de afgebroken B401 komt er allicht niet. Maar zijn arena staat toch maar mooi te blinken aan de Ottergemse Steenweg. De volgende titel van de Buffalo’s mogen ze gerust aan hem opdragen.
Daniel Termont verdwijnt met stille trom maar ik ben niet zeker of het orkest dat hij nalaat ooit nog de juiste noot zal vinden.