Leerkracht

Ik moest gisteren toch even met de ogen knipperen toen ik de krant las. De partij van de radicale gelijkheid pleit voor minder witte klassen. Eindelijk iemand die het durft zeggen, dacht ik.  Zeker op de dag van de leerkracht.

Zou ik nog schoolgaande kinderen hebben,  dan wou ik zeker meer kleur aan het  bord zien staan. Regenboogkleuren bijvoorbeeld. Leraars of leraressen die pubers leren over ontmoetingen met anderen, over vriendschap en camaraderie, over liefdesontmoetingen, over respect voor mekaar, over radicale gelijkheid tussen jongens en meisjes. Maar ook over liefdesgevoelens voor mensen van het zelfde geslacht. Op de dag van de leerkracht moeten we de vrouwen en mannen bewonderen die zich vaak voor een vijandige klas in bochten moeten wringen om duidelijk te maken dat zulke gevoelens niet abnormaal zijn. De haatreacties moeten ze er maar bijnemen. Zelfs als er eentje ziedend de klas uitloopt omdat dit volgens zijn of haar opvoeding des duivels is. Je zal maar een blonde godsdienstjuf zijn in deze politiek correcte tijden.

Radicale gelijkheid in de klas, ik ben vóór. Iedereen moet even hard zijn best doen om er te komen. Niets voor niets. No sweat, no glory, zelfs een Buffalo-fan moet dit kunnen beamen.  Misschien moet die lat van de radicale gelijkheid wat hoger liggen. Dan zal later het vangnet van de sociale zekerheid geen hangmat voor de outcast meer hoeven te zijn. Misschien moet het inzicht nog komen dat voor radicale gelijkheid, niet alleen de gelijkheid tussen man en vrouw, maar ook de kennis van de landstaal niet zo onbelangrijk is als wel beweerd wordt. Alles staat of valt met goede communicatie. Led Zeppelin wist dat al in 1969.

                                  Communication breakdown, it’s always the same.                                                                            I’m having a nervous breakdown, drive me insane!                                         

De dag van de leerkracht mag voor mij best óók de dag van de communicatie worden. Leren luisteren, zonder vooroordelen, en durven spreken, zonder schaamte.

Nu we het toch over radicale gelijkheid hebben, het mag voor mij eveneens buiten de klas hoor. Op restaurant bijvoorbeeld, waar ik het leuk zou vinden om zowel voor mijn ribbetjes-à-volonté  als voor mijn döner kebab een BTW-bonnetje te krijgen zonder er achter te vragen. Of bij de baksteenboer waarvan ik toch verwacht dat mijn buurman evenzeer een factuurtje krijgt bij zijn palletje cement, net zoals ik destijds voor mijn twintig zakken mp-75. Ook op straat verwacht ik radicale gelijkheid, tussen de fietsers en de voetgangers, of tussen de bakfietsers en de auto’s, tussen de taxi’s en de bussen. De basisbeginselen van de hoffelijkheid leren ze op school, als ze tenminste willen luisteren naar de juf.

Misschien moeten we die radicale gelijkheid ook van de leden van de gemeentebestuur verwachten. Zijn alle Gentenaars immers niet gelijk, ook al zijn het fervente volksnationalisten of rabiate communisten, ook al zijn ze verzuurd of kijken ze voortdurend door een roze bril, ook al zijn ze van West-Vlaanderen, of van de Sint-Bernadettestraat of van Emirdag? Ik weet niet wat er in de lucht hangt rond bepaalde Gentenaars dat plots het bier van de burgemeester niet meer smaakt. De mensen van het Grote Gelijk mogen dan wel vinden dat  Gent is wat ze  delen, pinten delen is hen duidelijk te veel gevraagd. Misschien omdat ze die zelf moeten betalen…

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s